De meeste arme gezinnen kunnen zich geen kinderopvang veroorloven. Beide ouders moeten werken om te kunnen overleven en de oudere kinderen passen op hun jongere broertjes en zusjes. Als dat niet mogelijk is, gaan de kleintjes mee met hun ouders om te gaan werken of bedelen. Als zelfs dat niet mogelijk is, worden ze alleen thuis achtergelaten.
De eerste levensjaren van een kind zijn bepalend voor de rest van zijn leven: dat is de periode waarin de sociale en cognitieve vaardigheden moeten worden ontwikkeld.
Kinderen die naar de kleuterschool gaan, ontwikkelen zich beter omdat ze worden begeleid en gestimuleerd. Op de lagere school doen ze het ook beter en lopen minder kans om een jaar over te doen of vroegtijdig de school te verlaten.
Wetenschappelijke studies tonen aan dat vooral de meest kwetsbare kinderen baat hebben bij een goede begeleiding. Kleuteronderwijs is de beste manier om alle kinderen gelijke kansen op een goede ontwikkeling te geven. In de meeste ontwikkelingslanden zijn er weinig kleuterscholen en als ze er zijn, zijn ze te duur voor de meeste ouders.
Dankzij de financiering van de Verenigde Naties in het kader van de millenniumdoelstellingen (2015) en de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (2030) kan lager onderwijs wel gratis voor ieder kind worden aangeboden, maar kleuteronderwijs niet.
Door in onze kleuterscholen de meest kwetsbare kinderen op te vangen bieden we een oplossing voor deze kansenongelijkheid en voorkomen, al in een vroeg stadium, latere problemen zoals schooluitval.
Bovendien kunnen hun oudere broers en zussen dan verder naar school gaan.